woensdag 12 maart 2025

Allez Eddy!

Voor wie het nog niet zou weten, ik woon op zo’n honderd meter van het metrostation Eddy Merckx. Het voorlaatste station op lijn 5 richting Erasmus. Het werd in 2003 geopend en zou eerst Maurice Carême heten, naar de Anderlechtse dichter maar uiteindelijk werd het Eddy Merckx. Tussen de twee perrons staat een vitrinekast waarin een bijzondere fiets van Eddy staat te pronken: degene waarmee hij in 1972 het werelduurrecord verbeterde in Mexico. Dit record zou twaalf jaar stand houden. Wat opvalt is, hoe eenvoudig en fijn de fiets is, hij moest zo licht mogelijk zijn natuurlijk. Wat een verschil met de koersfietsen van vandaag, het summum van techniek en speciale materialen, daarop moet je wel snel gaan denk je dan. Het voorbije weekend (2 en 3 maart) kon je de huidige fietsen en renners gaan bewonderen. Het openingsweekend van het Belgische wielrennen ging van start met twee wedstrijden: Omloop het Nieuwsblad en Kuurne-Brussel-Kuurne. Wielerfanaten kijken er reikhalzend naar uit om de renners in hun nieuwe outfit te spotten en duizenden supporters waren weer eens afgezakt naar het parcours. Bij deze edities geen Flandrienweer met regen en wind maar een lekker voorjaarszonnetje, ideaal voor de liefhebbers langs de weg. Reeds als kind was ik geboeid door wielerwedstrijden. Ze kwamen ook voorbij ons deur: de Brabantse Pijl die bovenop de Kerkenberg in Alsemberg aankwam en Parijs-Brussel, toen nog met aankomst in Sint-Genesius-Rode. Je kon je als kind vergapen aan die snelle mannen op hun stalen ros. Het leek me altijd een eerlijke sport, ook al waren kwamen er veel schandalen van doping aan het licht. Je moet immers hard trappen om die prijs te pakken, je kan je niet blijven verstoppen wil je winnen, het heeft iets puur. Ondanks de professionalisering en de grote budgetten behoudt het iets van een volkssport. Want in weinige sporten kan je zo dicht bij je idolen komen als in het wielrennen, van kermiskoersen tot grote rondes. Misschien is dat wel het aantrekkelijke. Ik kijk al uit naar de volgende klassieker…

Pastor Guido

© Guido Vandeperre